Altijd smullen, als Telegraaf-lezers zelf chocoladeletter-stukjes gaan schrijven. Vandaag schrijft een lezer uit Uithoorn over het doodschieten van hazen. Dit mag voorlopig niet in Groningen, Limburg en Utrecht:
‘De minister van Natuur en Stikstof overweegt de jacht op haas en konijn in drie provincies te verbieden. Onderzoek zou hebben uitgewezen dat het slecht gaat met deze soorten. Helaas is er geen gebruik gemaakt van deugdelijke tellingen zoals die per provincie door de FBE met regelmaat wordt gedaan. Het gaat namelijk helemaal niet slecht met de hazenstand. Ja, als men - zoals de Zoogdierenvereniging doet - een vergelijking maakt met 1950, dan houdt alles op. Zuivere actuele tellingen en ook gerenommeerde biologen zien de stand juist toenemen, met 25% zelfs. Minister, neem een wijs besluit en laat de jacht op de haas blijven zoals deze is. Breid daarnaast de wildlijst uit met de in grote aantallen toegenomen plaagdieren als aalscholvers.’
De schrijver woont in Noord-Holland, maar zowat in Utrecht. Maar daar heeft de Fauna Beheer Eenheid (FBE) in 2020 geen hazen geteld vanwege Corona. In Noord-Holland heeft men geconstateerd dat er qua aantal hazen geen duidelijk dalende trend waarneembaar is.
Is een FBE een betrouwbare teller? Tja, in Noord-Holland bestaat de FBE uit vertegenwoordigers van (hou je vast) Land- en tuinbouworganisatie Noord, Agrarische Collectieven Noord-Holland, Federatie Particulier Grondbezit, De Nederlandse Jagersvereniging, Nederlandse Organisatie voor Jacht en Grondbeheer, de Noord-Hollandse Wildbeheereenheden, Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, Landschap Noord-Holland, PWN Waterleidingbedrijf Noord-Holland, Waternet en het Goois Natuurreservaat.
Hopelijk ben je niet afgehaakt door deze opsomming. De meeste bestuursleden zijn schietgrage lieden, die een belang hebben bij het oordeel ‘er zijn er genoeg’. Want als er niet genoeg zijn, mag de minister op grond van de Wet Natuurbescherming besluiten dat het jachtseizoen niet ‘geopend’ wordt. En dat heeft de minister dus gedaan op grond van een onderzoek van de Universiteit Wageningen, waarin staat dat er niet genoeg hazen zijn om de soort in stand te houden. Want om zich voort te planten, hebben hazen andere hazen nodig, en moeten ze elkaar ook kunnen vinden.
De minister vergeleek dus niet met de jaren vijftig, zoals de briefschrijver in de Krant van Wakker Nederland denkt.
Over wakker gesproken, de jagersvereniging vindt trouwens dat er niet goed geteld wordt, omdat dit overdag gebeurt. Want de haas (het haas zeggen jagers), is een avonddier. Uit onderzoek, schrijven de jagers, ‘komt naar voren dat de hazen hun leefwijze hebben aangepast aan het drukbevolkte Nederland en vooral 's nachts zichtbaar zijn. () Ook de grote hoeveelheid verwilderde katten die vooral op zicht jagen, motiveren de haas om steeds meer activiteiten te ontplooien in de nachtelijke uren. Het is dus logisch dat je overdag met een verrekijker steeds minder hazen ziet en 's nachts veel meer.'
‘s Nachts mag je trouwens meestal ook niet jagen.
Stel je voor. Je woont ergens, buiten op het land. ‘s Avonds is het te onveilig om van huis te gaan, eten te halen, naar een latrine (WC) te gaan, te gaan zonnen. Omdat er op je geschoten wordt. En omdat er overal katten rondlopen. Dan heb je schade. Schade van mensen met hun geweren en hun katten.
Wat maakt het uit, een haas meer of minder? Dat zeg je misschien als je denkt dat alle hazen hetzelfde zijn, je ziet ze meer als dingen en niet als intelligente individuen die kunnen voelen. Hazen zijn zeer gehecht aan hun woongebied. Ze gaan er niet weg. Ze hebben vaste gewoonten, vaste paadjes, vaste plekken om te zonnen. Ze gaan niet zomaar met alle andere hazen om, maar organiseren kennismakingsavonden. Ze leven niet in groepen, maar zoeken bekenden op om gemakkelijker en veiliger voedsel te kunnen zoeken.
Waarom is het erg als een haas wordt doodgeschoten? Voor mij telt: Een haas heeft ook een vader, een moeder, kinderen, vrienden. Zij communiceren met elkaar. Wij begrijpen hen niet, maar dat zegt niks. Wij zijn niet slim genoeg om dieren te begrijpen.
Het is ook niet zo dat doodschieten even snel en pijnloos gaat. Sommige van die jagers zijn gewoon klunzen. Schieten eerst in een poot, moeten er dan achteraan rennen, schieten van dichtbij, weer mis, pakken het huilende, gewonde dier bij de oren en slaan ‘m dood op de grond, eerst nog een paar keer tevergeefs. Ik hou niet van clips met dierenleed, maar als je toch wilt zien hoe hazenjacht gaat, kijk dan hier.
Meestal zeggen jagers dat dieren doodschieten nodig is voor ‘beheer’. Anders komen er 'teveel', en krijg je 'faunaschade'. Maar soms zijn de klunzen van de jagersvereniging toch open over hun echte drijfveren. Zoals in een stukje over de drijfjacht op hazen: ‘De jagermeester zorgt er met de opzet van de jacht dag voor dat er niet meer hazen geschoten worden dan dat zijn afschotplan toelaat. Zodat de hazenstand op een constant niveau blijft en voor het volgende jaar weer een succesvol jachtseizoen gegarandeerd is.’
Terug naar de wakkere brievenschrijver uit Noord-Holland. Ondanks alles hoop ik dat hij de pen blijft pakken. In elk geval niet een geweer. Over zijn ‘plaagdier’ aalscholver ga ik later een stukje schrijven.
RJV