Een wesp doet geen vlieg kwaad. Bij wijze van spreken dan, want ze houden je tuin juist vrij van vliegenplagen. En je moet ze niet te na komen.
Ik haat wespen niet ondanks die ene keer. Want we kampeerden eens in Frankrijk, en niet ver van onze tent stond een oude verlaten Citroën DS, ingezakt op de wielen zoals je dat bij die auto’s ziet, roestig en kapot maar desondanks met de aantrekkingskracht van een godin.
Ik ging een kijkje nemen, en voelde aan het portier, dat piepend opende. Ik stapte in, waande me een vorst achter de gebogen, vrijwel horizontale voorruit, en legde m’n arm en hand op de zachte middenarmsteun.
Felle, keiharde, alles doordringende pijn was mijn deel. Want ik legde mijn hand precies in een wespennest, gebouwd door ‘n wespenkoningin en haar volk, daar tussen de riante zetels van de DS.
M’n hand zwol op tot buitengewone proporties. Maar ondanks deze pijnlijke herinnering ben ik dus niet bang voor wespen, omdat ik geleerd heb dat ze niet gevaarlijk zijn. Ze steken bijna nooit. Maar je moet wel van hun nest afblijven.
Ik zie natuurlijk vaak dat andere mensen wel angstig zijn, bijvoorbeeld als we in de tuin zitten en er wespen op het eten afkomen. Doodslaan wil ik ze in geen geval en daarom wordt al gauw gekscherend gezegd dat ik ‘dan maar’ met de wespen in gesprek moet gaan en ze vriendelijk moet vragen te vertrekken.
Een mooi voorbeeld van met insecten in gesprek gaan, las ik laatst in NRC. Daarin beschreef Frans van der Helm dat hommels een nest in zijn schuur hadden gebouwd. Als hij z’n fiets wilde pakken, werden de hommels boos of paniekerig, en je kunt je voorstellen dat ‘t niet veilig voelde. Zijn oplossing: Voortaan klopt hij beleefd op de deur voordat hij binnengaat. De hommels weten dan dat hij er aan komt en hebben geleerd dat hij niets kwaads in de zin heeft. Vergeet hij te kloppen, dan is het meteen weer hommeles.
Ik leer ervan dat hommels besef hebben van hun omgeving. En onze aanwezigheid willen aanvaarden.
Ook over wespennesten kan je veel zorgen hebben. Je wilt bijvoorbeeld niet dat je kind het nest gaat onderzoeken, want dan verdedigen de zwart gele engeltjes zich fel. Ik denk dat je maatregelen moet nemen, maar de vanzelfsprekendheid waarmee de Telegraaf gisteren schreef over ‘ongedierte’ en gif in de nesten spuiten, stuit mij tegen de borst. Het poeder verlamt de dieren en ze sterven een langzame dood. Wespen zijn levende wezens. Hebben we dan helemaal geen fatsoen?
Kennelijk vinden veel mensen dat je dieren uit de weg mag ruimen als je er last van hebt. Ik denk dat het goed is om andere oplossingen te vinden. Niet alleen vanwege fatsoen, of waardigheid, maar ook omdat wespen een onderdeel zijn van onze leefomgeving, en helpen de balans te bewaren. Ze eten vliegen en muggen bijvoorbeeld. Of willen we die ook allemaal verdelgen, net als bladluizen, en slakken, en mollen, muizen, kikkers, al dat onkruid… We vinden het een gedoe en leggen de tuin vol tegels. En dan nemen we een airco omdat het zo bloedheet wordt in huis.
Een vicieuze cirkel die onze leefomgeving kapot maakt.
Dus stel nu, er is een wespennest bij je huis. Precies bij de zandbak van je zoons en dochters. Je wilt een oplossing, maar je beseft dat wespen geen plastic drones zijn, maar levende schepsels, die misschien anders voelen dan wij, maar wel kunnen voelen.
Dus gif spuiten wil je niet, maar wat kan je wel doen? Kijk eens op de site van de wespenstichting.
Ze kunnen je bijvoorbeeld helpen met het verplaatsen van het nest. Bij één van de methoden zuigen ze de wespen eerst één voor één op met een stofzuiger. Als ze alle wespen voorzichtig verzameld hebben in een afgesloten kistje, maken ze het nest los en brengen 't met het volk naar een nieuwe woonplaats.
Soms is vangen niet noodzakelijk en wordt het nest in kleine stapjes verplaatst, 40 centimeter per dag, omdat de wespen het anders niet meer terug kunnen vinden.
Veel werk? Ik denk dat de manier van denken die er achter schuilt uiteindelijk veel bespaart aan reparatiewerkzaamheden aan onze leefomgeving.
Voor Eric Mahieu van de wespenstichting zijn bestuivende insecten essentieel voor ons leven. "De kromheid dat bijen en vlinders geliefd zijn en allerhande beschermingsmaatregelen genieten, maar ondertussen wel sociale wespensoorten worden verdelgd", drijft hem in zijn werk als 'wespenvriend'. Ook wespen tellen mee!
RJV
Op de foto zie je de paardenwesp, ook wel europese hoornaar genoemd.