Een tijdje geleden, Nederland was toen nog een oase van rust, vroeg de Telegraaf aan minister van der Wal met hoeveel procent de veestapel moet inkrimpen.
“Dat kun je niet zeggen, dat hangt af van hoeveel bijvoorbeeld geïnnoveerd wordt. Maar ik denk dat het gevolg van deze aanpak zo’n 30 procent reductie zal zijn.”
Ik ben daar niet gerust op. Het is allerminst zeker dat er uberhaupt reductie zal zijn.
Vorige week bijvoorbeeld,
zei Hein Schumacher, de baas van FrieslandCampina, dat hij een krimp van 30 procent niet voor ogen heeft.
“Wij zetten in op innovatie en we zien grote belangstelling onder onze leden. Onze pilot met Rabobank en machinefabrikant Lely is met 450 geïnteresseerden zwaar overschreven. Door deze stal innovatie daalt de stikstofreductie bewezen met 70%.”
Bewezen is er niks,
integendeel, maar als die technologie illusie waar zou zijn, dan hoeft de veestapel met de inzet van technische middelen dus niet te krimpen. Tenminste als je alleen het ammoniak probleem wilt oplossen.
Nu allerlei profiteurs zich op de veehouders storten om munt te slaan uit hun onzekerheid, en machtige mensen hun reusachtige belangen beschermen, moeten we vrezen voor helemaal geen krimp van de veestapel. De ‘stal innovatie’ is een hoax, maar zal aangegrepen worden om uit de politieke impasse te komen.
En dat zou betekenen dat allerlei bedreigingen voor onze leefomgevingen niet opgelost worden. Bijvoorbeeld de uitstoot van broeikasgassen, de vervuiling van het oppervlaktewater, gevaren van antibiotica, enorm landgebruik voor het produceren van veevoer.
En dierenleed zal niet afnemen. Eerder toenemen, als techniek terugverdiend moet worden, koeien nog vaker binnen moeten zijn, met allerlei onnatuurlijke techniek omgeven.
Voor koeien zijn de stikstofplannen niet persé een wenkend perspectief. Dat is er alleen als producenten en consumenten het hen willen geven.
De Telegraaf
schrijft dat consumenten de mond vol hebben van beter dierenwelzijn en verdere verduurzaming van de landbouw, maar niet extra willen betalen.
Maar als je goedkope zuivel blijft aanbieden, en niet vertelt hoe het geproduceerd wordt, dan blijven mensen kiezen voor minder betalen. Dan wordt diervriendelijk gemaakte melk niet verkocht.
En ik weet niet of melk produceren zonder dierenleed echt mogelijk is. Misschien wel als de koe ons een klein deel van haar melk zou willen geven. En al haar kinderen bij haar mogen blijven, ook de jongens. En de kalfjes niet met bloedarmoede hoeven te groeien om ‘blank vlees’ te kunnen verkopen. En er niet geslacht wordt.
De praktijk is heel anders. Melk produceren brengt veel leed met zich mee. We vergoelijken dat al te graag, om het eten van boterhammen met kaas dragelijk te houden. We zien koeien opgewonden de wei in dartelen en hopen dat het wel meevalt.
Maar het valt niet mee. Ik ga hier geen opsomming geven van het leed voor koeien. Hoewel ik denk dat het kan veranderen als veel mensen het beseffen, en stoppen met zuivel consumeren en zuivel produceren.
Ik hoop dat ook boeren inzien dat het anders moet. Dat zij opstaan en zeggen: “Nee, ik gebruik het geld voor de stikstofreductie niet om nog meer te lenen en nog meer techniek toe te laten. Nee, ik wil dit dierenleed niet veroorzaken."
En zeggen: "Ja, ik zie perspectief, want ik ben agrarisch ondernemer, en gebruik de nieuwe kansen om een mooi product neer te zetten voor mijn klanten, en een prachtige toekomst voor mij en mijn kinderen!”
RJV